Het ontwerpproces is een cruciaal onderdeel van circulair bouwen. Dit is de plek waar circulaire strategieën echt kunnen worden toegepast. Uit ervaring weten we dat je voor een succesvol ontwerp eerst goed moet weten wat je startpositie is.

4.1 Inventariseer je startsituatie
Voordat je aan de slag gaat met een ontwerp is het van belang om je startpositie te bepalen. Probeer een zo goed mogelijk beeld te krijgen van de beschikbare ruimte, gebouwdelen en materialen. Zo kan het zijn dat er eerst gesloopt moet worden voordat het circulaire project start. Kijk dan welke gebouwdelen, producten of materialen je kunt inzetten voor jouw circulaire bouw-project. Misschien kun je de fundering wel laten liggen, of kun je overweg met het oude gebouw-casco. Vergeet in deze fase ook niet om buiten je projectgrenzen te kijken. Worden er in de omgeving gebouwen gesloopt of gestript? Zijn daar materialen te ‘oogsten’? Kijk ook naar bestaande initiatieven voor het oogsten van materialen, zoals op www.oogstkaart.nl.
4.2 Maak een circulair ontwerp
Het is bij ontwerpkeuzes belangrijk om zoveel mogelijk gebruik te maken van de opgedane kennis bij de zwaartepuntanalyse. Als het opknappen van wat houten wandbekleding bijvoorbeeld erg kostbaar is tegen een geringe milieuwinst, dan kun je je misschien beter focussen op het oogsten van binnenwanden bij leegstaande kantoorgebouwen uit de omgeving. Door je bij zulke afwegingen te laten leiden door impact, kun je aan het eind van de rit het hoogste haalbare resultaat neerzetten.
Kort gezegd doe je er goed aan om projectonderdelen met een grote impact en strategieën hoog in de R-ladder te prioriteren.
Voor je circulaire ontwerp zijn er nog wat aandachtspunten.
Losmaakbaarheid
Probeer bij je ontwerp niet alleen te kijken naar de impact van nu, maar ook naar die van de toekomst. Zijn de gebouwonderdelen, producten en materialen bijvoorbeeld losmaakbaar? Op deze manier maak je het bij onderhoud en uiteindelijk de onvermijdelijke sloop eenvoudiger om circulair te werk te gaan en om nog meer impact te reduceren. Probeer bijvoorbeeld zoveel mogelijk te schroeven in plaats van te lijmen. Zo maak je het eenvoudiger om een beschadigd onderdeel te vervangen.
Duurzaam in gebruik
Denk bij je ontwerp goed na over het gebruik ervan. Zorgen de gekozen materialen en ontwerpen voor de gewenste levensduur? Als er door de materiaalkeuze meer onderhoud nodig is, dan kan het veel minder circulair uitpakken dan het aanvankelijk lijkt. Zo hebben houten vloeren een relatief lage impact bij productie, maar zorgt het intensieve onderhoud van schuren en oliën ervoor dat de impact ervan groter is dan dat van tapijt. De levenscyclusanalyse kan je helpen in je strategie- en materiaalkeuze.
Slim bouwen
Met slim bouwen is vaak ook al veel winst te behalen. Zorg er bijvoorbeeld voor dat de toiletten op de verdieping direct boven de toiletten van de begane grond worden geplaatst. Daarmee spaar je de aanleg van onnodig veel leidingen uit. Bedenk ook of het gebouw adaptief genoeg is. Kun je gemakkelijk een uitbouw realiseren als het gebouw in de toekomst te krap wordt? En kun je de tussenwanden verplaatsen als er in de toekomst meer vraag is naar vergaderruimten in plaats van werkplekken? Een slim en adaptief gebouw voorkomt dat het een te korte levensduur heeft, of dat er in de nabije toekomst grootschalig moet worden verbouwd.
4.3 Verken de mogelijkheden
Circulaire strategieën
Nadat je je startsituatie hebt bepaald kun je de mogelijkheden gaan verkennen. In deze fase ga je met de circulaire strategieën aan de slag. Je behaalt de meeste milieuwinst als je hoog in de R-ladder werkt door bijvoorbeeld onderdelen te heroverwegen (refuse), onderdelen anders in te richten of te gebruiken (re-think) of door met minder genoegen te nemen (reduce). Omdat de milieu-impact van gebouwen veelal worden gedreven door materiaalgebruik, spreekt het voor zich dat wanneer je besluit om niet- of minder nieuw te bouwen, dit resulteert in de grootste winst voor het milieu. Uit ervaring weten we dat de strategieën ‘re-use’, ‘repair’ en ‘refurbish’ ook snel resultaat kunnen leveren. Zo kun je gebouwdelen of een deel van de inrichting hergebruiken (re-use), indien nodig repareren of opknappen (repair en refurbish) of de materialen terugsturen naar de fabrikant om er een nieuw product van te laten maken (remanufacture). Tot slot kun je onder-delen van oude producten toepassen in nieuwe producten (repurpose) of afgedankte producten zo goed mogelijk gescheiden afvoeren naar een erkend verwerker (recycle).
Refuse
Ga bij refuse na of het project wel daadwerkelijk plaats moet vinden en of de vraag niet kan worden ingevuld met een bestaand pand. In veel gevallen zal dit op gebouwniveau al zijn overwogen. Refuse werkt ook op kleinere niveaus. Zo kun je bijvoorbeeld afzien van een eigen kantine, omdat er voldoende horecagelegenheden in de buurt zijn. Een ander voorbeeld van refuse is om houten elementen niet van verf te voorzien, maar ruw op te leveren.

Rethink
Bedenk bij rethink hoe je op een andere manier aan de nieuwbouwwens kan voldoen. Ga daarbij goed na wat je bouwdoel is. Is het bouwwerk mogelijk van tijdelijke aard? Zorg dan dat het demontabel is, of dat het pand multifunctioneel is. Op het niveau van gebouwdelen kun je bijvoorbeeld een kantine delen met de buren, of kun je een liftinstallatie ‘leasen’ in plaats van nieuw te kopen. Zo’n ‘as a service’ model zorgt er vaak voor dat producten langer meegaan en met minder middelen in bedrijf blijven, maar vereist wel een andere mindset.
Reduce
Ga bij reduce na of je met minder kan doen. Moet het nieuwe gebouw wel zo groot worden? Op een kleiner niveau kun je bijvoorbeeld overwegen om het materiaalgebruik in gevelbekleding te beperken door beton bijvoorbeeld onafgewerkt te laten of alleen een likje verf te geven. Het doel is om de functie te vervullen met zo min mogelijk materiaal.

Re-use
Bij re-use is het van belang om na te gaan welke onderdelen van een bestaand gebouw je kunt hergebruiken voor je project. Dit kan in je eigen bouw- en sloopproject, maar ook met onderdelen buiten je project. Misschien kun je bijvoorbeeld een gebouwdeel of een deel van je eigen interieur hergebruiken. En misschien kun je wel een deel van het interieur van elders overnemen.

Repair
Soms zijn producten beschadigd of defect. Je kunt er dan voor kiezen om de producten te laten repareren. Zo is het vaak mogelijk om onderdelen van bureaustoelen te bestellen. Ook kun je onderdelen oogsten uit andere defecte producten met een ‘donormodel’. Het doel is om producten een zo lang mogelijk leven te geven.

Refurbish
Als producten maar voor een deel bruikbaar zijn, dan kun je ze laten refurbishen. Een bekend voorbeeld van refurbishment is de refurbishment van bureaustoelen, waarbij het frame en de kuip wordt hergebruik, maar de laklaag en de bekleding wordt vervangen. Zo worden de onderdelen met een grote impact (het stalen frame en de kuip) een tweede leven gegeven en wordt een deel van de impact uitgespaard. Een ander voorbeeld is om een oud kozijn te gebruiken als frame voor een scheidingswand.

Repurpose
Bij repurpose worden onderdelen van producten hergebruikt in andere functies. Denk dan bijvoorbeeld aan oude bureaubladen die worden ingezet als tussen¬schotten, of aan het maken van plantenbakken uit oude kastdeuren. Repurpose bespaard grondstoffen, maar maakt ook zorgen voor een inspiratievolle omgeving omdat het hergebruik vaak erg zichtbaar is.
Recycling
Bij recycling blijven grondstoffen zoveel mogelijk behouden. Een bekend voorbeeld van remanufacture is de tapijttegel. Er zijn leveranciers die oude tapijttegels innemen. De backing wordt versnipperd en omgesmolten tot nieuwe backing en het garen worden ontvlochten en geregenereerd. Wat ook onder recycling valt is de inzet van gerecycled materiaal, zoals MDF uit gerecycled hout, of stoffering van gerecycled katoen.
Laat je in deze fase niet teveel beperken door praktische of financiële bezwaren, maar probeer alle mogelijkheden serieus in overweging te nemen. Soms blijkt iets wat onmogelijk leek in de praktijk toch uitvoerbaar.
4.4 Scherp je ontwerp verder aan
Een circulair ontwerp leeft en is door de afhankelijkheid van geoogste materialen, kleinschalige leveranciers en gerecyclede materialen met onbekende kwaliteit continu in beweging. Scherp je ontwerp daarom steeds aan door kritisch te kijken naar de inzet van materialen. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat er in de directe omgeving een pand wordt leeggehaald of wordt gesloopt. Dat biedt nieuwe mogelijkheden voor hergebruik.
Zorg er ook voor dat je voor duurzame materialen voldoende alternatieven hebt. Uit de praktijk blijkt dat het gewenste product niet altijd leverbaar is (onder meer door vaak kleinschalige productie). Als je door een leveringsprobleem bent toegewezen op conventionele materialen, dan is dat zonde!
4.5 Ga na of je in aanmerking komt voor subsidies en denk na over de uitstraling
Sinds 2019 staan de categorieën ‘circulair utiliteitsgebouw’ met of zonder industriefunctie op de Milieulijst en komen daarmee in aanmerking voor Milieu-investeringsaftrek (MIA). Voor een kantoor¬pand dat gebouwd wordt volgens de ‘circulaire spelregels’ kan de netto subsidie oplopen tot meer dan € 100 per vierkante meter vloeroppervlak.
Voor de MIA-subsidie zijn de spelregels van belang. Zo mag de MPG-score (de MilieuPrestatie Gebouwen) van een woning, bijvoorbeeld, niet hoger zijn dan 0,6; moet gebruikt hout gecertificeerd zijn en moeten alle elementen en componenten beschikbaar zijn in een web-based materialenpaspoort. Een voorbeeld hiervan is Madaster; een kadaster van materialen in vastgoed.
Uit de brochure Milieulijst 2020 voor de gebouwde omgeving gelden verschillende codes voor circulair bouwen (RVO, 2019):
- G 6100 circulair utiliteitsgebouw zonder industriefunctie
- D 6101 circulair utiliteitsgebouw met industriefunctie
- G 6102 circulaire woning
- G 6105 circulaire gevel voor een utiliteitsbouw
- ect.
Voor circulaire (bouw)materialen biedt Milieulijst ook verschillende mogelijkheden. Hier zie je de voorbeeldcodes:
- E 6311 duurzaam beton(product) met ten minste 30% gerecyclede content
- G 6312 bio-asfalt
- A 6319 modulair herbruikbaar wandsysteem
- C 6410 circulaire PV-panelen met terugnamegarantie
- ect..
Op de website van de RVO vind je de Milieulijst 2020.
LET OP, deze lijst/eisen wordt jaarlijks aangepast rond december-januari. Dus het is van belang om de juiste/geldige versie te gebruiken.
Je hebt misschien ook wel de behoefte om de opgedane kennis met circulair bouwen met de buitenwereld te delen. Misschien wil je het zelfs wel inzetten voor reclamedoeleinden. Je kunt er dan voor kiezen om het gebouw naast een goede MPG-score ook een circulaire uitstraling te geven. Voorzie hergebruikte elementen bijvoorbeeld van een tekst, of maak een promotiefilm van het proces. Op deze manier krijgt circulariteit een extra waarde en kun je zorgen voor een inspirerende werkomgeving.