U bent niet ingelogd.
U bevindt zich hier: Details
Bij binnenlands transport is het antwoord op deze vraag helder: dit is een prima Incoterm-leveringsconditie. Als partijen zich in de praktijk ten minste daadwerkelijk aan die conditie houden. En dat betekent dat de verkoper de goederen alleen ter beschikking stelt aan de koper. De koper verzorgt zelf het transport en regelt de eventuele douaneformaliteiten. Maar gaat de verkoper toch de vrachtwagen laden, de transportdocumenten verzorgen of andere handelingen uitvoeren die afwijken van wat EXW eigenlijk inhoudt, dan loopt hij het risico dat een rechter vindt dat in de praktijk een andere leveringsconditie is gebruikt. Wat in het contract met de klant staat, is dus niet doorslaggevend. Het gaat om hoe partijen met de gemaakte afspraak in de praktijk zijn omgegaan.

Bij buitenlands transport ligt het anders: hier kan de verkoper beter géén gebruik maken van EXW. Hier zijn verschillende redenen voor, de belangrijkste zullen wij hieronder benoemen.

Gaan de goederen bijvoorbeeld naar een koper die buiten de EU zit, dan moet uitvoeraangifte worden gedaan. In deze aangifte moet de afzender/exporteur worden opgegeven. Dit is bij EXW de koper. Maar diens naam mag niet worden ingevuld, omdat de afzender/exporteur in de EU moet zijn gevestigd. Vult de koper in overleg de naam van de Nederlandse verkoper in, dan wordt de verkoper alsnog verantwoordelijk voor de aangifte, iets wat bij EXW juist niet de bedoeling was. Eventueel kan een expediteur de rol van afzender/exporteur op zich nemen. Hoe dat precies te regelen is, kunt u nalezen op de website van Evofenedex. Het afspreken van een andere Incoterm-leveringsconditie, waarbij de verkoper de uitvoerformaliteiten regelt, lost dit probleem ook op.

Een ander praktisch probleem bij EXW is dat de verkoper vaak onder btw 0 tarief zal willen exporteren. Bij EXW kan het alleen lastig zijn te bewijzen dat de goederen daadwerkelijk in het buitenland zijn geleverd. De verkoper beschikt namelijk bij EXW niet over de ‘confirmation of exit’ (want hij verzorgt de douaneaangifte niet) of over transportdocumenten (want hij verzorgt het transport niet). Ook hier kan de keuze voor een andere leveringsconditie uitkomst bieden.

Als de verkoper met de koper heeft afgesproken gebruik te maken van een Letter of Credit (L/C) als betalingswijze, is EXW ook niet goed bruikbaar. Vaak wordt namelijk afgesproken dat de verkoper betaling van de bank krijgt bij overhandiging van transportdocumenten. Deze krijgt de verkoper bij EXW nu juist niet in handen. Maakt u als verkoper gebruik van een L/C, dan zijn de C- en D-leveringscondities geschikter. De E- en F-condities kunt u beter vermijden.

Uiteraard kan de verkoper de koper vragen hem de documenten te verstrekken die hij nodig heeft. Maar daarmee maakt de verkoper zich erg afhankelijk van de medewerking en voortvarendheid van de koper. De koper moet namelijk de documenten wel compleet, juist ingevuld en op tijd aanleveren. Gebeurt dat niet, dan kan dat tot grote problemen leiden. Zeker als het om grote bedragen gaat, zou de verkoper deze afhankelijkheid van de koper moeten vermijden.

Kortom, bij buitenlands transport is EXW geen goed idee. Vaak is minimaal FCA een betere keuze. Wilt u weten welke leveringsconditie in uw situatie het meest geschikt is, neemt u dan contact op met één van onze bedrijfsjuridische adviseurs via 030-6053344 of bj@metaalunie.nl.

Misschien interessant voor u



Heeft u een vraag?

Bel ons
030 6053344

info@metaalunie.nl
Blog

Blog


Bert Jaarsma / Directie         

Zomertijd

> Lees meer.