Geplaatst op: dinsdag 19 februari 2019
Klimaat, circulariteit, duurzaamheid, grondstoffengebruik, mvo. Het zijn slechts enkele termen uit een schier oneindige lijst woorden die de laatste jaren gebruikt wordt als het over de bescherming van de leefomgeving gaat. In de kern zijn de meeste mensen het erover eens dat we verantwoord met de aarde en het klimaat om moeten gaan. We hebben tenslotte maar één planeet. Tegelijkertijd zien we dat in deze discussies steeds meer ideeën en initiatieven over elkaar heen buitelen en dat rijp en groen door elkaar wordt gehaald. Dat gaat veelal ten koste van een scherpe focus. Dat roept bij mij de vraag op, is minder meer?
Ik kan me nog goed herinneren dat begin 2017 op een grote bijeenkomst, met tweehonderd belangenorganisaties en de overheid, het grondstoffenakkoord werd getekend. Voor het MKB-metaal werd dit gedaan onder de noemer van de Circulaire Metaalketen (CMk). Er stonden twee onderwerpen centraal, de leveringszekerheid van grondstoffen en nieuwe circulaire businessmodellen. Er is hard gewerkt aan deze onderwerpen, en her en der zien we vernieuwende voorbeelden. Maar de discussie over het klimaat en het behalen van de CO2 doelstellingen heeft de aandacht voor het grondstoffenakkoord en circulaire businessmodellen inmiddels overvleugeld.
Onder dit nieuwe gesternte zien we ook dat de overheid gemaakte afspraken anders begint te interpreteren. Sterker nog, afspraken die uitdrukkelijk niet zijn gemaakt duiken weer op in overheidsnotities. Dat schetst een verkeerd beeld, ik zou bijna zeggen, fakenieuws …
Dit laatste geldt met name op het gebied van leveringszekerheid van grondstoffen. Of anders gezegd, de beschikbaarheid van schaarse mineralen en metalen, die veelal in een beperkt aantal landen voorkomen. Het gaat wat ons betreft uitdrukkelijk dus niet om een generieke doelstelling om materiaalgebruik van primaire grondstoffen in het algemeen binnen enkele jaren met een bepaald percentage terug te dringen. Daar heeft Metaalunie zich altijd stevig tegen verzet, omdat dit van zoveel factoren afhangt, zoals de bevolkings- en economische groei en innovatie van processen en producten. Een hard getal noemen heeft daardoor weinig zin, en ja, het kan zelfs contraproductief zijn.
Mijn conclusie is dat het geen zin heeft om voortdurend nieuwe ideeën en initiatieven te lanceren of opnieuw door te drukken als niet duidelijk is wat het doel is of het effect. Dat geldt bijvoorbeeld in het geval van het terugdringen van nieuw materiaalgebruik met een vast percentage. Dat leidt tot verwarring en onlogisch economisch handelen, terwijl de focus zou moeten liggen op schaarste, behoud van waarde en het voorkomen van verbruik. Laten we ons vooral daar op richten. Minder is meer!
Jos Kleiboer, directeur Beleid Metaalunie