De roep om technisch personeel blijft toenemen, dat remt de groei. Bijna dagelijks is hier in de media iets over te horen of te lezen. De toenemende aandacht voor technische opleidingen is een kwestie van lange adem en blijven investeren van tijd en geld.
Afgelopen week heeft minister Slob van OCW bekendgemaakt hoe de extra 100 miljoen per jaar naar het vmbo gaat. Dat vmbo-scholen in 2018 en 2019 extra geld krijgen om te investeren in techniekonderwijs vind ik een positieve impuls. Daarna zal het bedrag ingezet worden op basis van door het vmbo in te dienen regioplannen. Scholen worden verplicht het bedrijfsleven bij de plannen te betrekken. Dat is uitstekend, maar bedrijven worden geacht zelf 10% cofinanciering te leveren. Daarmee maakt de minister wel een bijzondere draai. Je krijgt een cadeau, maar moet wel zelf bijleggen.
Deze trend, een deel van de rekening bij het bedrijfsleven leggen, zien we ook bij het mbo. Er is bij OCW volop aandacht voor het beroepsonderwijs en de BBL. Dit is hard nodig om een goede technische opleidingsinfrastructuur in stand te houden, het liefst samen met het vmbo. Voor het MKB-metaal is de BBL een belangrijke en praktische leerroute. De andere minister van OCW, Van Engelshoven, is het daar met ons over eens. Sterker nog, ze heeft aan alle ouders van vmbo-eindexamenleerlingen dit jaar een brief geschreven, waarin ze aandacht vraagt voor de BBL als aantrekkelijke leerroute (het BBL-offensief). Een leerling vier dagen per week begeleiden, naast de wekelijkse scholingsdag, is best bewerkelijk en kostbaar voor onze bedrijven. Daarom bestaat sinds een aantal jaren de Subsidie Praktijkleren. Bedrijven kunnen een bijdrage krijgen van maximaal 2700 euro per jaar per leerling. De huidige regeling loopt per 1 januari 2019 af. De enthousiaste brief van de minister staat dan in schril contrast met het uitblijven van een positief besluit over continuering van de Subsidie Praktijkleren in het nieuwe schooljaar. Dat levert veel vragen en onduidelijkheid bij bedrijven op, terwijl er op dit moment besloten moet worden over het aannemen van leerlingen. Dat merken we volop bij onze OBM’s.
Permanente aandacht voor opleiden is essentieel om de voortdurende instroom van vakmensen op gang te houden. Dat doen we samen, bedrijfsleven en onderwijs. Geld betekent een belangrijke steun in de rug voor het MKB-metaal. Daarnaast moet sprake zijn van een stimulerende leeromgeving, met leuke klussen, om de jeugd van tegenwoordig te boeien en te binden. Maar dan moet de minister wel over de brug komen, dan doen de bedrijven de rest.
Bert Jaarsma
Directeur Organisatie
Zie ook: ‘Metaalunie positief over financiële impuls technisch onderwijs’